Over het rapport van de commissie Hendriks
21 december 2022Spaanse documentaire over TGG in Nederland
14 december 2023Een beschrijving van TGG
TGG staat voor Transgenerationeel Georganiseerd Geweld. Dat is (seksueel, en soms geritualiseerd) geweld dat van generatie op generatie wordt overgedragen en dat zich meestal afspeelt in georganiseerde netwerken. Vaak worden slachtoffers van dit geweld op zeer agressieve en sadistische wijze voorbereid op structureel misbruik in (kinder)porno, gedwongen (kinder)prostitutie en mensenhandel.
Het is belangrijk vooraf vast te stellen dat de term TGG veelomvattend is. Deze vorm van geweld bestaat uit zeer veel varianten, die zowel onderlinge verschillen als overeenkomsten vertonen.
Het onderstaande is een weergave van de gegevens die naar voren komen uit de verhalen van honderden overlevers en hulpverleners. Deze verhalen van mensen die elkaar vaak op geen enkele wijze kennen, vertonen dermate veel overeenkomsten dat het niet waarschijnlijk is dat zij van iedere realiteit gespeend zijn.
De variatie:
- Niet in alle gevallen is het transgenerationele even uitgesproken. Soms gaat het alleen over een ouder en zijn/haar vader/moeder of een ouder en een broer of zus, die het kind (of de kinderen) misbruiken. Aan het andere eind van het spectrum zijn de netwerken waar delen van families en soms complete families - verbonden door de generaties heen - zich met dit geweld bezig houden, in onderlinge samenwerking en met uitwisseling van zowel slachtoffers als kennis over programmering en mind control. De term transgenerationeel wordt ook gebruikt voor situaties waarbij getraumatiseerde ouder(s) onbewust hun trauma doorgeven aan hun kind(eren), zonder dat er van georganiseerd geweld sprake is. Belangrijk is dat bij alle vormen van georganiseerd geweld deze overdracht een rol speelt als er eigen kinderen zijn die door de ouders worden opgevoed.
- De organisatiegraad is zeer uiteenlopend, van een enkele ouder(s) die zijn/haar/hun kind(eren) af en toe of met grotere regelmaat uitlenen aan vrienden, bekenden, familieleden, tot zeer georganiseerde hiërarchisch gestructureerde netwerken.
- De aard van het geweld loopt zeer uiteen, zonder dat dit verband hoeft te houden met de organisatiegraad. Geweld is altijd van sadistische aard, waarbij controle/macht uitoefenen centraal staat.
- Niet ieder georganiseerd geweld begint vanaf de geboorte. Soms start het misbruik pas na het zesde jaar of nog later. Hoe georganiseerder het netwerk, hoe vroeger het startpunt over het algemeen ligt.
- De mate en de vormen waarin mindcontrol en programmering een rol spelen variëren sterk. Ook hier is het meestal zo dat hoe georganiseerder het netwerk is, hoe nadrukkelijker deze beïnvloedingstechnieken gehanteerd worden en hoe geraffineerder ze zijn.
- De verwevenheid met georganiseerde criminaliteit (mensenhandel) is eveneens sterk verschillend; soms niet aanwezig, vaak onontwarbaar en zeer centraal
- Het gebruik van rituelen varieert enorm. Rituelen bestaan soms alleen uit steeds herhaalde vormen van gedragingen van de daders en wat deze van hun slachtoffers verwachten. Daarnaast zijn er rituelen met een satanistische basis. Hierbij is een ideologie soms totaal afwezig en staat het satanische slechts in dienst van het creëren van angst en dus de uitoefening van macht, aan het andere eind van het spectrum zijn de netwerken gecentreerd rond satanistische ideologieën. Soms zijn deze sektarische netwerken onderdeel van een bestaand kerkgenootschap, soms ook juist niet. Een centraal doel van ieder satanisch ritueel gedrag is het uitoefenen van macht en controle.
- De betrokkenheid van personen in belangrijke posities loopt sterk uiteen: soms spelen deze geen rol of ‘slechts’ als consument, in andere gevallen vervullen zij uitermate belangrijke functies in de pogingen de netwerken buiten beeld te houden. Deze personen zijn soms zelf als dader onderdeel van een netwerk, waarnaast zij ook handelingen kunnen verrichten die het voortbestaan van het netwerk dienen te waarborgen. Dan kan men denken aan het laten verdwijnen van dossiers (politiedossiers, medische dossiers), illegale financiële transacties en het beïnvloeden van de publieke opinie door een bepaalde stellingname via de media. Anderen worden middels chantage gedwongen vergelijkbare handelingen te verrichten. Hoe georganiseerder een netwerk, hoe belangrijker de rol van deze personen, die zich in iedere beroepsgroep kunnen bevinden.
De overeenkomsten:
- Geweld is altijd seksueel, maar omvat daarnaast ook alle denkbare vormen van extreem fysiek geweld, bedreiging, intimidatie, vernedering, verwarring zaaien.
- Uitoefening van macht en controle hebben altijd een centrale plaats en staan in dienst van het voorkómen van naar buiten treden – geheimhouding dus. Hierbij kunnen mindcontrol en programmering een grote rol spelen, maar soms volstaan dreiging en daadwerkelijk geweld. Genieten van het sadistische - dat in alle geweld te herkennen is - door daders kan eveneens een belangrijke rol spelen.
- Dissociëren ontstaat in situaties van onontkoombare machteloosheid en is een overlevingsmechanisme dat het mogelijk maakt een extreem bedreigende situatie te overleven; niet alleen letterlijk, maar vooral als geïntegreerd persoon. In de hersenen treedt een splitsing op tussen het feitelijke gebeuren en de emotionele impact ervan; de herinneringen hieraan worden in verschillende regio’s in de hersenen vastgelegd. Door deze splitsing wordt voorkómen dat men desintegreert, en wordt het mogelijk door te gaan met het alledaagse leven. Afgesplitste delen van het trauma worden zichtbaar in nachtmerries en herbelevingen. Zich nog ontwikkelende hersenen worden sneller overspoeld door heftige emoties en zijn dus vatbaarder voor dissociatie. Als er sprake is van herhaald geweld in de plusminus eerste vier tot vijf levensjaren ontstaat zeer vaak een dissociatieve identiteits stoornis (DIS). Hierbij ontwikkelen de afgesplitste delen zich tot min of meer op zichzelf staande entiteiten (vaak alters genoemd), die ofwel geen of nauwelijks weet hebben van het trauma, ofwel een emotioneel aspect daarvan vertegenwoordigen. Geweld dat na het vijfde levensjaar begint - wanneer de rijping van de hersenen een bepaald niveau heeft bereikt - leidt in de meeste gevallen tot een complexe posttraumatische stress stoornis (CPTSS); dissociatieve fenomenen spelen hier meestal ook een grote rol; er ontstaan echter geen van elkaar losstaande persoonlijkheidsdelen meer.
- Als er sprake is van DIS, is er meestal een complexe vorm van DIS te vinden (C-DIS). Deze vorm is meerlagig: deels ontstaan persoonlijkheidsdelen als overlevingsstrategie, deels zijn ze ‘gemaakt’ (programmering en mindcontrol) door de daders, en hebben ze diverse taken ten dienste van het dadernetwerk. Programmering houdt in dat daders het slachtoffer in een toestand van (bijna) desintegratie brengen en dan een afsplitsing creëren die ze vervolgens een bepaalde taak geven, gekoppeld aan specifieke triggers. Taken zijn bijvoorbeeld het terug rapporteren aan de daders wat in de buitenwereld wordt gedaan, het kunnen genieten van sadistische seks, het vertellen van onware verhalen, het zelf uitoefenen van geweld op andere slachtoffers of het doen van suïcidepogingen; enzovoort.
- Altijd is sprake van onveilige hechtingspatronen, met name gedesorganiseerde hechting.
- Altijd zijn er ingewikkelde loyaliteitsproblemen. Slachtoffers hebben hun misbruikende omgeving als enige belangrijke leefwereld, ook al functioneren zij ogenschijnlijk normaal in de wereld daarbuiten
- Ieder georganiseerd geweld leidt tot, vaak ernstige en chronische, lichamelijke problemen die deels het directe gevolg zijn van het fysieke geweld dat is uitgeoefend, en deels het gevolg zijn van de chronische stress waarmee slachtoffers vanaf zeer jonge leeftijd te maken hebben gehad. Ontregelde stress- en immunologische systemen zijn hiervan het gevolg.
- In behandelingen is het grootste probleem en struikelblok de gevolgen van de programmering en mindcontrol die hebben geleid tot het ontstaan van dader-delen en het ontstaan van persoonlijkheidsdelen die als taak hebben behandelingen (in feite iedere poging het netwerk te verlaten dan wel in diskrediet te brengen, te saboteren.